woensdag 9 juni 2010

logische hulpgoederen logistiek



Zo nu en dan krijg je een dag in de schoot geworpen waardoor alles ineens weer heel helder is. Waarom je dit werk doet bijvoorbeeld, en waarom je vind dat heel veel mensen dit werk niet zouden mogen doen. De dag waarop een lading hulpgoederen werd afgeleverd bij mijn pakhuis in Farah was zo’n dag. Om kort te gaan: iedereen die geen vertrouwen heeft in humanitaire hulp, hier verzamelen graag.

Belangrijk om te melden is dat ik pas vanaf donderdag 10 juni de provincie formeel overneem, dus mijn voorganger was hier nog de baas.

De dag begon al uiterst succesvol toen de eerste vrachtwagens uit Kabul aankwamen en mijn (internationale) collega witheet werd, omdat de verschillende ijzeren kisten waarin de hulpgoederen zitten geen labels hadden, slechts een teken in het Dari. Letterlijk schreeuwend ging hij op de leverancier af die inmiddels netjes was begonnen de kisten te stickeren.“De afspraak was dat de kisten volledig gestickerd zouden zijn, inclusief beschrijving van de inhoud”. Deze uitbarsting bevestigde mijn vermoeden hier te maken te hebben met een kerel die niet echt snugger was: zou jij 250,000 dollar aan hulpgoederen middels nette bestickering gaan adverteren als je met open vrachtwagens van Kabul naar Farah moet rijden? Bel de Taliban anders meteen even.

Schreeuwen beviel hem blijkbaar goed (intens beledigend in de uiterst conservatieve Pashtun cultuur) dus het volume ging niet naar beneden toen de ingehuurde sjouwers moesten aanhoren dat eerst alle kisten en goederen op de buitenplaats in nette rijen gerangschikt moesten worden, alvorens ze het magazijn inmochten. Deze volledig overbodige werkverdubbeling, want tellen kan ook bij het magazijn binnengaan, leek hem zo logisch dat het noodzakelijk werd geacht een kist uit de handen van een sjouwer te trekken en op de centimer nauwkeurig neertezetten waar hij hem gedacht had. Het afgrijzen was van de gezichten af te lezen en hij had het voor elkaar dat de sjouwers de rest van de dag achter zijn rug om hun mening creatief duidelijk maakten.

Halverwege de dag hadden de sjouwers besloten dat het te warm werd en ze meer geld wilden. Dat deden ze met een geweldig gevoel voor timing aangezien de kisten nu allemaal op het buitenterrein stonden en zo konden worden weggesleept door willekeurige voorbijgangers. De al eerder genoemde collega besloot de tegenaanval in te zetten door te preken dat het hulpgoederen waren voor hun mede-afghanen en dat ze dus een goede daad in de ogen van hun god deden. Nee hoor., helemaal niet denigrerend of ongepast.

De hulpgoederen zelf zagen er goed uit. Vooral de kisten met schoolspullen, huisraad en klerenmaken leken goed gekozen en van uitstekende kwaliteit. Er kwam echter geen einde aan de variatie en hoeveelheid kisten, en dan realiseer je dat er meer mis is.

Een van de kernregels voor humanitaire hulp is dat goederen nuttig en relevant moeten zijn voor de individuele behoeften van de ontvanger. Klinkt vanzelfsprekend en in het Midden-Oosten heb ik daar ook altijd mee gewerkt. Hier is er echter voor gekozen het logistieke proces te stroomlijnen ten koste van dit principe: iedereen krijgt hetzelfde. Dat vereenvoudigd inderdaad het inkoop- en transportproces voor het hoofdkantoor in Kabul, maar zadelt de provincies en de hulpontvangers op met (dure) goederen waar je niets mee kan of geen ruimte voor hebt. Als je dan ook nog een koppige leverancier hebt die het hoofdkantoor negeert, zodat hij zijn miskopen kwijt kan, eindig je (ik) met bijvoorbeeld 47 grasmaaiers en 86 sneeuwschuivers. Grasmaaiers zijn voor een gazon en daar doen ze hier niet aan. Een grasmaaier in Farah is net zo nuttig al een hark op de ocean. De sneeuwschuivers komen over 6 maanden vast weer van pas, maar ze zien eruit alsof ze door een basisscholier in elkaar geknutseld zijn als ‘lief’ cadeautje voor vaderdag. De vele deuken en krassen, met name in de nogal groot uitgevallen yoghurt-maker (die ook iedereen krijgt) en de slappe bandjes van de kruiwagens waarvan iedereen er maar liefst 2 krijgt, maken het niet veel beter. Het doet me allemaal een beetje terugdenken aan een voedselpakket dat ik in Gaza zag waar hondenvoer inzat: nutteloos en nogal beledigend.

De inhoud van de huisraad-kist zag er zoals gezegd goed uit en als je huis is platgebombardeerd is het absoluut relevant een nieuwe huisraad te ontvangen die er ook nog eens goed uitziet. Waar ik minder vrolijk van word is dat er ook ontvangers bijzitten die meerdere kinderen zijn verloren, maar standaard 4 sets met schoolspullen voor kleine kinderen krijgen..want dat is logistiek makkelijker…

Een dag verder weet ik inmiddels dat ik veel niet zal mogen veranderen van het hoofdkantoor, maar er lijkt onderhandelingsruimte te zijn. Zo kunnen we in Farah bijvoorbeeld waterpompen uitdelen / installeren, omdat mensen daar specifiek om hebben gevraagd en het enorm nuttig is in een voornamelijk agrarische provincie. Bovendien gaat de fabrikant van de pompen daadwerkelijk naar gemeenschappen toe, omdat de installatie goed moet gebeuren. Als ik nu genoeg van dit soort uitzonderingen bij elkaar verzamel en daar een pakket van maak…

Volgende keer meer over die andere kernregel van humanitaire hulp: je gaat naar hulpbehoevenden toe, niet andersom. En tussendoor vast ook nog positief nieuws.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten