woensdag 25 augustus 2010

In 't wit graag...

“alle kleuren zijn ok, zolang het maar zwart is”, zou Henri Ford gezegd hebben. Met zo’n houding zou meneer Ford hier in Farah van een bijzonder koude kermis zijn thuisgekomen. Auto’s zijn namelijk wit en dat is de wet van Corolla, Toyota Corolla. Ik ben op zoek naar een auto inclusief chauffeur en dat is een verrassend eenzijdige gebeurtenis; je moet je voorstellen dat je bij de verfmengmachines van de Praxis staat en kan kiezen uit 10 kleuren wit, de een gewoon wat stoffiger dan de ander.

In Kabul gebruik ik taxi’s en in Herat word ik rondgereden in een van onze gepantserde landcruisers, maar in Farah heb ik tot op heden gebruikt gemaakt van de auto van één van m’n stafleden, een witte Toyota Corrola. Helaas beginnen steeds meer mensen te vragen waarom hij rondrijdt met mij naast hem en daar wordt hij nogal nerveus van. Die nervositeit is niet geheel misplaatst, maar ook als we geen gebruik meer maken van zijn auto werkt hij nog steeds voor mijn programma en is daarmee voor sommigen nog steeds een ‘infidel’. Niettemin, een auto met chauffeur dus.

Ik heb twee ongepantserde witte landcruisers staan, maar iedereen in welk oorlogsgebied ter wereld ook weet dat een witte landcruiser van een ontwikkelingsorganisatie is en dus naar keuze met rust gelaten, overvallen of opgeblazen kan worden. Je rijdt dus alleen in een witte landcruiser als die gepantserd is, maar die heb ik niet en krijg ik ook niet in Farah. Als je ongepantserd rondrijdt, moet je zo onopvallend mogelijk zijn en een auto nemen die iedereen heeft. Ik droom nog steeds van een eigen Landrover Defender of zelfs een Amerikaanse truck zou me nog gelukkig maken, maar dat is allemaal niet aan te raden (in andere provincies weer wel, etc. etc.). De gewenste Corolla moet zelfs niet nieuwer zijn dan het jaar 2003: die zijn er hier wel, maar vallen op.

Ik heb mijzelf nu dus beprekt tot drie eisen die mijn auto bijzonder maken en veel duurder. Noodzakelijk zijn voor mij een werkende airconditioning (het is hier 47 graden); een documentje dat toestaat dat ik tussen districten en provincies mag bewegen (lijkt me nuttig) en; (tadaa) een kenteken (hebben er maar weinig, maar de laatste keer dat auto’s werden gecontroleerd op registratie liep hier uit op een bloedbad en massa-demonstratie..toch lijkt het me handig). Niet teveel gevraagd toch? Blijkbaar wel, de auto zal uit een andere provincie moeten komen.

Nu nog een chauffeur uitzoeken, dat is vast een eitje: hij (want een zij mag niet) hoeft alleen Engels, Dari en Pashto te spreken, van een familie of stam zijn die nergens in de provincie ruzie hebben, geen strafblad hebben, geen bekende links met bepaalde groepen te hebben, maar wel iedereen kennen, niet te erg vasthouden aan gebedstijden en ik moet ‘m aardig vinden en hij zo gek zijn met een international rond te rijden. O ja en een rijbewijs, ook al zoiets exotisch.